Stedelijk leven versus wonen in de natuur

We zijn allebei opgegroeid aan de rand van een stedelijk gebied met de natuur om de hoek. De een in Zweden, de ander in Nederland. Met het verstrijken van de jaren zijn we het groen weer steeds vaker gaan opzoeken. Meren, bossen, zeilen, wandelen, op zoek naar plekken waar je kan ademen en rust voelt.

Ondanks dit verlangen naar de natuur hebben we beiden ons gehele volwassen leven op kamers en in appartementen in steden gewoond. Stockholm, Maastricht, Nijmegen. In Nijmegen woonden we zelfs in het kleine red light district in de benedenstad.


Wonen in een stedelijk milieu heeft zeker voordelen, zoals toegang tot allerlei voorzieningen, uitgaansgelegenheden en spannende activiteiten. Maar op een gegeven moment overheerste toch het gevoel dat we nauwelijks gebruik maakten van deze voordelen, maar wel last hadden van de nadelen zoals geluid- en parkeeroverlast, wildplassers en dergelijke. Zeker met een opgroeiend kind wegen de nadelen dan zwaarder. Vandaar dat we na het nodige wikken en wegen besloten om te gaan emigreren naar Zweden en een nieuw leven te beginnen. Een leven op het platteland!


Rare klussen versus nieuwe mogelijkheden

Als verse inwoner van het Zweedse platteland heb je een heleboel spullen nodig waarvan je soms nog nooit hebt gehoord. Zomaar een willekeurige opsomming:

Round-up

Recipro-zaag

Vochtmeter

Faluröd-verf

Slangentang

Kettingzaag

Bosmaaier

Mora-mes

Houtkloofmachine

Fourwheeldrive

Schemerschakelaar

Dak-sneeuwschuiver

Spijkerbanden

Dompelpomp

Zeis

Enzovoort…

Bovendien moet je ineens klussen doen die je misschien nooit eerder hebt gedaan, zoals:

Rondkruipen onder de vloer van je huis met een vochtigheidsmeter, in je tuin plassen om dassen op afstand te houden, zelf je auto repareren, tien minuten lopen naar je eigen brievenbus, wespennesten verwijderen, bomen rooien met kettingzaag, sneeuw van je dak schuiven, zelfgevangen vis fileren, giftige paddenstoelen proberen te herkennen, teken verwijderen bij jezelf en de katten, slangen de tuin uit jagen, héél erg veel grasmaaien en bladeren harken, twee keer per jaar de autobanden verwisselen, berenklauw uitroeien met een zeis, alle verf van je huis schrapen, gaten in de weg repareren, greppels uitdiepen, je kelder leegpompen, strooizand uit een zandgroeve scheppen, waterfilters schoonmaken, hout kloven, composthopen afgraven etc. etc. De lijst is oneindig. Sommige dingen zijn zwaar of oersaai, andere juist erg leuk en inspirerend.

Ter compensatie van de vervelende klussen vind je om de hoek:

Bos, bos en nog eens bos, meren om in te zwemmen en te vissen, wilde dieren, een grote tuin, kas, en moestuin, fruit, bessen en paddenstoelen. En enkele bezienswaardigheden (fijn voor als er gasten komen die niet alleen maar bos willen zien).

Dus: áls je na al het harde werken en klussen nog tijd over hebt, kan je nu dingen doen als:

Genieten van herten en elanden in je eigen tuin

Wandelen, zwemmen of vissen zonder ook maar één ander persoon tegen te komen

Een kampvuur maken

Zelf jam en wijn maken

Een sauna nemen

Je houtkachel stoken

Groenten en fruit uit eigen tuin eten

Stilte horen…

…of heel veel lawaai maken zonder overlast te veroorzaken!

Spelen in je eigen bos

Schrikken van een stoplicht of een file

….of van een wandelaar die zomaar langs je huis loopt

IJskoud water uit eigen bron drinken

Niet meer hoeven nadenken over ruimtegebrek

Gelukkig is deze lijst óók oneindig…