Ons drinkwater is afkomstig uit eigen bron. Puur natuur. Op de rand van ons terrein ligt een waterput van ongeveer 12 meter diep, die ons het hele jaar door van schoon en vers drinkwater voorziet.

We hoeven het er gelukkig niet zelf uit te scheppen: onderin de put is een elektrische pomp geïnstalleerd die het water via een leiding naar onze grote schuur transporteert. Hier ligt het zg. pumphus, een kleine ruimte vol met leidingen, kabels en apparatuur.


In het pumphus wordt het water op druk gebracht door middel van een drukvat. Het water is van nature iets bruinkleurig omdat het ijzerhoudend is. Daarom wordt het eerst gereinigd door een waterfilter met fijn kalkzand. Bovendien voegt dit filter kalk toe aan het water, omdat het hier van nature een lage PH-waarde heeft. Pas na deze processen wordt het water verder getransporteerd naar ons woonhuis. Het dient in het in het pomphuis altijd minimaal een graad of 5 boven nul te zijn, zodat leidingen of apparatuur niet kunnen bevriezen. Voor dat doel is er een klein verwarmingselement aanwezig.

Het water smaakt heerlijk en is ijskoud. We hebben ook een “bubbelmachine” waarmee we, door koolzuur toe te voegen, onze eigen “Spa Rood á la Snöbäcken” kunnen maken.


Vorige zomer ontdekten we plots dat ons drinkwater wel erg troebel was. Omdat we de oorzaak niet direct konden achterhalen, werd er een loodgieter bijgehaald. Nadat hij het waterfilter in het pomphuis had geopend om het kalkzand te checken, kwam hij erachter dat de top van het zandbed in het filter compleet uitgehard was. Dit zandbed dient eigenlijk onder water te staan, maar het stond droog en was dientengevolge veranderd in een dikke pannenkoek zo hard als beton…

Bovendien bleek dat het filter geen afdraaibaar deksel heeft, maar alleen twee kleine vulopeningen voor het zand. We hadden dus een probleem. Hoe gingen we deze pannenkoek uit het filter krijgen? Met een boel gevloek en gezucht werd al het water afgesloten, het filter ontkoppeld en voorzichtig naar buiten gerold. Een volle cilinder weegt maar liefst 70 kg en is dus door twee man nauwelijks te tillen. Volgens de loodgieter zat er maar één ding op: proberen om door de vulopening heen de betonpannenkoek kapot te spuiten met een hogedrukreiniger. Maar daar ging hij niet aan beginnen want dat was een kwestie van lange adem. We konden hem terugbellen als het zover was. Zo gezegd, zo gedaan: de volgende dag gingen we aan de slag met de hogedrukreiniger. Na anderhalf uur spuiten was er een deukje van 2mm. diep ontstaan in de betonlaag…

Het was duidelijk dat dit nergens toe zou gaan leiden. Tijd voor een gewaagdere aanpak: grof geweld. Met een lange ijzeren staaf (bedoeld om grote stenen uit de aarde te wrikken) door de vulopening beukten we erop los (iets wat de loodgieter ons nadrukkelijk had verboden, vanwege kans op schade aan de cilinderwand). En ja hoor, na een minuut of vijf verschenen de eerste breuken in de pannenkoek, en uiteindelijk brak deze in stukken. Zonder de cilinder te beschadigen, overigens!

Maar wat nu? We hadden een cilinder vol met harde brokken die met geen mogelijkheid door de kleine vulopening naar buiten konden… De brokken moesten dus kleiner! Gelukkig paste Camilla’s hand precies door een van de openingen. Zij hield de brokken een voor een vast, waarbij ik ze via de andere opening (die nog kleiner was) met een kleine tang aan stukken kneep. Vervolgens konden ze uit het filter gevist worden.


Overbodig om te vermelden dat dit proces bijna een hele ochtend in beslag nam! Maar uiteindelijk is het gelukt en konden we alle brokjes uit het filter verwijderen. Vanaf nu checken we elk half jaar het niveau van het filterzand in de cilinder…